De laatste decennia weten zuidelijke grassen ons land steeds beter te vinden. Ze zijn beter bestand tegen langdurige hitte en droogte en profiteren daarom goed van de mediterranisering en verdringen inheemse grassen. En dat zie je aan veranderingen in de grasvelden in onze tuinen en in agrarisch grasland. Floron beschrijft op NatureToday wat er verandert en we hoe hiermee om kunnen gaan.
Verandering
Bruine grasvelden en kale plekken; we zullen het steeds vaker zien als gevolg van langdurige hitte en droogte. Een deel van onze inheemse grassen kan hier niet goed mee omgaan en zal lokaal afnemen of verdwijnen. De vrijgekomen plekken worden veelal ingenomen door plantensoorten die zijn aangepast aan extreme hitte en droogte. Denk hierbij aan planten met een lange penwortel en eenjarige planten met een snelle levenscyclus gedijen. Vanuit zuidelijke streken vinden steeds meer zogenaamde C4-grassen een plek tussen het Nederlandse gras.
Hoe ermee om te gaan?
Om alvast inzicht te krijgen in de Nederlandse graslanden van de toekomst hoeven we alleen maar een uitstapje te maken naar Frankrijk, Spanje, Italië en andere Zuid-Europese landen. In veel agrarische graslanden of gazons in parken daar groeien vrijwel alleen eenjarige grassen of zijn de C3-grassen vervangen door C4-grassen die veel zuiniger zijn met water.