Afgelopen maand verscheen er een belangrijk rapport van het grootschalige SPRINT-onderzoek. Daarin staan de bevindingen van vijf jaar (van 2020 tot 2025) onderzoek in tien Europese landen – waaronder Nederland – plus Argentinië naar de impact van bestrijdingsmiddelen op mens en milieu.
Velt medewerker Inge Buntinx zette de belangrijkste bevindingen op een rij:
- Pesticiden in huisstof
Bij het onderzoek werd onder meer de aanwezigheid van bestrijdingsmiddelen op verschillende locaties zoals de bodem, de lucht, water,… uitgebreid gemeten. Wat blijkt? Het stof in onze huizen bevat het hoogste aantal verschillende bestrijdingsmiddelen.
- Huisdieren = meer pesticiden
Een andere opvallende bevinding van het SPRINT-onderzoek, is dat eigenaars van huisdieren gemiddeld met meer pesticiden in contact komen. Dat is waarschijnlijk te wijten aan het gebruik van vlooien- en tekenmiddelen voor honden en katten.
- Cocktaileffecten onderschat
Verder werd er gekeken naar het effect van verschillende pesticiden samen. ‘En dat is écht verontrustend. De schadelijkheid van pesticiden op mens, dier en ecosysteem werd tot nu toe gemeten door het effect van iedere pesticide afzonderlijk te bekijken. Maar nu blijkt dat bij een mengsel van pesticiden de effecten opgeteld moeten worden en het gezamenlijke effect soms zelfs hoger is dan de som van ieder afzonderlijk effect’, zegt Inge. ‘Daarbij worden in commerciële pesticidemixen soms nog stoffen toegevoegd om ze te kunnen maken. Die stoffen maken de mix soms nog toxischer.’
- Verboden pesticiden teruggevonden
Wat de onderzoekers nog zorgen baart: sommige pesticiden die al jaren verboden zijn, worden nog altijd teruggevonden. En dat is niet omdat ze nog gebruikt worden, maar omdat ze jaren in het milieu blijven hangen. Ze blijven met andere woorden een impact hebben, zeker in combinatie met andere pesticiden.
- Gevolgen voor darmflora
Het onderzoek brengt tot slot verontrustende gevolgen voor onze gezondheid aan het licht. Proeven met muizen toonden aan dat sommige bestrijdingsmiddelen het microbioom kunnen verstoren, zelfs bij concentraties die als veilig worden beschouwd voor mensen. Een verstoorde darmflora kan de spijsvertering, hormoonhuishouding en zelfs de geestelijke gezondheid beïnvloeden. Bovendien kunnen bestrijdingsmiddelen via de darmflora het gedrag beïnvloeden door veranderingen die het brein bereiken.